Jachttraining met een Friese Stabij
Een jachthond als de Friese Stabij doe je geen groter plezier dan hem zijn jachtpassie te laten uitleven: zijn neus volgen en achter wild aan gaan, hij is er voor gemaakt. In het dagelijks leven kan dat echter problemen opleveren en dan is jachttraining een hele goede optie. In tegenstelling tot wat veel mensen denken gaat een hond daar niet méér van jagen, maar leert hij juist om zijn jachtpassie in dienst van zijn baas te stellen. Hij kan dus zijn passie botvieren zonder schade aan te richten en ondertussen wordt de band tussen baas en hond steeds hechter. Er wordt gewerkt met dummy's en (dood) wild en doorgaans traint men op locatie (bos, hei, polder,enz.).
Foto's gemaakt door Jan Windhouwer.
Wat leert je hond?
Je hond leert apporteren, volgen, op zijn plaats te blijven (zelfs als er interessante dingen om hem heen gebeuren) en dáár naar toe te gaan waar jij hem heen stuurt. Hij leert wanneer hij zijn neus moet volgen en wanneer hij naar jou moet luisteren. Na verloop van tijd (en veel trainen) leer je zelfs je hond op afstand te besturen!
Wanneer beginnen?
Als je serieus aan de slag wilt, is het handig als je je hond als pup al kennis laat maken met haar- en veerwild en hem laat wennen aan het geluid van het schot. Verschillende hondenscholen geven puppyjachttraining waar spelenderwijs een mooie basis wordt gelegd. Een pup leert makkelijk en snel en het is slim om daar gebruik van te maken. Onderaan deze pagina vind je een link naar boeken over puppy-jachttraining die je een uitstekende leidraad kunnen geven in de opvoeding van je pup. Je kunt niet vroeg genoeg (spelenderwijs!) beginnen. Maar ook als je hond al iets ouder is kun je nog prima aan de slag, het kan dan iets meer moeite kosten om de basisvaardigheden onder de knie te krijgen maar het resultaat hoeft er niet minder om te zijn.
Wat kun je bereiken?
Het eerste diploma dat je kunt halen is het C-diploma. Als je het B-diploma hebt gehaald kun je ook deelnemen aan MAP's (Meervoudige Aporteer Proeven). Dit zijn wedstrijden met 5 proeven waarbij per proef, meerdere apporten binnen moeten komen. Met een A-diploma mag je ook deel nemen aan MAP's op A-niveau. Het hoogst haalbare diploma is het AA-diploma op de Nimrod, waarvoor je alleen uitgenodigd wordt als je meerdere A-diploma's en A-MAP's hebt gehaald; een voorrecht dat nog niet veel Stabijs ten deel is gevallen.
Foto's gemaakt door Jan Windhouwer.
Beschrijving:
Hieronder een korte beschrijving van alle proeven die je op een KNJV wedstrijd tegen komt en die op de training in verschillende vormen langs zullen komen.
- C-diploma: minimaal het cijfer 6 te halen voor de proeven A t/m E
- B-diploma: minimaal het cijfer 6 te halen voor de proeven A t/m H
- A-diploma: minimaal het cijfer 6 te halen voor de proeven A t/m J
Proef A: Aangelijnd en los volgen
Je hond moet je zo'n 40 meter volgen. Het volgparcours is uitgezet in de vorm van een zandloper en kent twee binnenbochten en twee buitenbochten. Eerst mag dit aangelijnd en daarna onaangelijnd.
Proef B: Uitsturen en komen op bevel
Halsband en lijn moeten af en je stuurt je hond vrij voor je uit. Als hij zo'n 30 meter bij je vandaan is geeft de keurmeester een teken waarna je je hond het commando geeft om direkt bij je terug te komen.
Proef C: Houden van de aangewezen plaats
Je hond moet zonder halsband of lijn op de plaats blijven waar jij hem achterlaat, totdat je hem 2 minuten later weer ophaalt. De proef is zo uitgezet dat je hond niet weet waar jij gebleven bent. Je hond moet laten zien rustig te blijven, in vol vertrouwen dat de baas weer terug komt.
Proef D: Apport te land
Halsband en lijn gaan weer af. Er wordt 25 meter verderop een konijn zichtbaar weggeworpen, jij en je hond kunnen hem zien liggen. Je hond moet het konijn ophalen en binnen jouw handbereik brengen, je mag zelf je plaats niet verlaten.
Proef E: Apport uit diep water
Je hond zit naast je op ongeveer 3 meter van de waterkant, zonder halsband of lijn. Vanaf de kant wordt er een eend zichtbaar voor jou en je hond een eind in het water gegooid, op het moment dat de eend door de lucht vliegt klinkt er naast je een schot uit een jachtgeweer. Op teken van de keurmeester stuur je je hond uit om de eend zwemmend op te halen en binnen je handbereik terug te brengen.
Proef F: Verloren apport te land
Er ligt een eend ergens in de bosjes op ongeveer 40 meter afstand, maar jij en je hond weten niet waar. Je hond moet hem gaan zoeken en binnen handbereik terugbrengen. De proef is zo uitgezet dat jij en je hond elkaar al snel niet meer kunnen zien. Je hond moet laten zien dat hij zelfstandig kan zoeken.
Proef G: Markeerrapport te land
Je hond zit zonder halsband of lijn naast je, ongeveer 60 meter verderop klinkt er een schot uit een jachtgeweer en wordt er een eend opgegooid die jij en je hond wel kunnen zien vallen, maar niet kunnen zien liggen omdat er (lage) begroeiïng voor staat. Na zo'n 3 seconden geeft de keurmeester door een tikje op je schouder het teken dat je je hond uit mag sturen. Vanaf dat moment mag je niets meer zeggen totdat je hond het apport heeft opgepakt. De eend moet weer binnen handbereik worden teruggebracht. Je hond moet hier laten zien dat hij de valplaats heeft onthouden.
Proef H: Apport over diep water
Je staat met je onaangelijnde hond op ongeveer 3 meter van een water dat minimaal 10 en maximaal 40 meter breed is. Aan de overkant ligt op minimaal 10 en maximaal 40 meter van de waterkant een eend in de begroeiïng, jij noch je hond weten waar. Je hond moet op jouw commando zwemmend naar de overkant om daar de eend te zoeken en die binnen jouw handbereik terug te brengen.
Proef I: Dirigeerproef te land
Je staat met je onaangelijnde hond bij een overzichtelijk stuk terrein. Je moet je hond naar een door de keurmeester bepaalde plaats dirigeren, zo'n 100 meter verderop. Van daar uit moet je hond naar links of rechts worden gestuurd want daar ligt (onzichtbaar), op ongeveer 50 meter afstand van de stopplaats, een houtduif die je hond weer binnen je handbereik moet brengen.
Proef J: Apport van verre loper over breed water
Je staat met je onaangelijnde hond aan een water van minimaal 15 meter breed. Aan de overkant is met een eend een sleepspoor getrokken dat minimaal 150 meter en maximaal 300 meter lang is, met minimaal 2 haken van 90 graden er in, aan het einde ligt de eend. Jij nog je hond hebben het sleepspoor getrokken zien worden maar er wordt je wel verteld waar het sleepspoor begint. Als je hond naar de overkant is gezwommen mag je hem naar dat begin dirigeren, daarna moet hij zelf het spoor naar de eend volgen en die weer binnen jouw handbereik terugbrengen.
Handige links:
jachthonden.startpagina.nl:
algemeen jachthondenportaal met veel adressen van hondenscholen die jachttraining geven.
KNJV:
de Koninklijke Nederlandse Jagers Vereniging